Wijziging procedure TADD, vaste benoeming en evaluatie

Leerkracht
24.02.2021

Beginnende leerkrachten zullen vanaf september 2021 al na één schooljaar uitzicht krijgen op een vaste benoeming. Tegelijk zullen leerkrachten die minder goed functioneren sneller geëvalueerd kunnen worden.

Initieel was de aanleiding voor het opstarten van de gesprekken: “meer leerkrachten benoemen én ze ook sneller benoemen”. Dit om zo de impact van de opgelegde besparingen door de Vlaamse regering zoveel mogelijk te beperken. De éénmalig bijkomende vaste benoeming op 1 juli 2021 zal dan ook een positief budgettair effect op de begroting van 2021 hebben waarmee de besparingen voor dat jaar zullen gemilderd worden.

Minister Weyts stond er echter op dat de herziening van de evaluatieprocedure hieraan werd gekoppeld. Dit alles resulteerde uiteindelijk in een principeakkoord over een éénmalig bijkomende vaste benoeming en de herziening van zowel de voorwaarden inzake de tijdelijke aanstelling en vaste benoeming als de procedure met betrekking tot de evaluatie.

 

Wat verandert er nu?

 

De startende leerkracht

Vroeger moest men op 30 juni minstens 580 dagen dienstanciënniteit hebben in het ambt, waarvan minstens 400 dagen effectieve prestaties gedurende minstens twee schooljaren. Vanaf 1 september 2021 zal men slechts 290 dagen dienstanciënniteit moeten hebben in het ambt waarvan 200 dagen effectief gepresteerd.

Terwijl men vroeger geen beoordeling of geen beoordeling met werkpunten van de eerste evaluator moest ontvangen, moet men nu na het eerste werkjaar wel een beoordeling krijgen. Pas na een positieve beoordeling (een beoordeling zonder werkpunten) zal de dienstanciënniteit in aanmerking komen voor het recht op TADD. Ieder startend personeelslid heeft daarnaast ook recht op aanvangsbegeleiding.

Om te kunnen kandideren voor een vaste benoeming moet men nu 360 dagen anciënniteit hebben terwijl dit er vroeger 690 waren.

 

De evaluatieprocedure

De evaluatieprocedure voor vastbenoemde leerkrachten zal worden aangescherpt. Wanneer een directie tijdens een formeel functioneringsgesprek problemen bij een personeelslid vaststelt, kan er een begeleidingstraject worden opgestart. Dit begeleidingstraject omvat 120 dagen effectieve prestaties. Tijdens dit traject moet het betrokken personeelslid worden gecoacht om de negatieve punten weg te werken. Indien de negatieve punten niet voldoende zijn weggewerkt, kan men overgaan tot een negatieve evaluatie. Tegen een evaluatie onvoldoende kan een personeelslid steeds beroep aantekenen bij het college van beroep. Een mogelijkse tweede negatieve evaluatie kan pas gegeven worden 12 maanden na het formele functioneringsgesprek voorafgaand aan het eerste begeleidingstraject.

Vroeger was het zo dat ieder personeelslid om de vier jaar geëvalueerd moest worden. In de toekomst zullen enkel leerkrachten waarbij men werkpunten vaststelt, worden geconfronteerd met een evaluatieprocedure.

Meer info over dit akkoord lees je in onze nieuwsbrief.

 

Standpunt VSOA Onderwijs

Het VSOA Onderwijs is positief over dit resultaat dat we na deze onderhandelingen mochten bekomen. Voor ons is het van groot belang dat wanneer mensen een loopbaan in het onderwijs aanvatten men zicht heeft op een stabiele toekomst. Met een herziening van de voorwaarden om te kunnen kandideren voor een vaste benoeming maken we een grote stap in de goede richting.

De evaluatieprocedure is een belangrijk element om een goede verstandhouding te creëren en te bewaren tussen het personeelslid en de werkgever. Wij zijn en blijven van mening dat deze procedure deel moet uitmaken van een waarderend personeelsbeleid en dat dit de gelegenheid bij uitstek is om personeelsleden te motiveren en te waarderen voor en over hun geleverde prestaties.

Door het invoeren van een begeleidingstraject van 120 dagen effectieve prestaties wordt voor personeelsleden een veilige en afgebakende ruimte gecreëerd om te werken aan eventuele verbeterpunten.

Het VSOA Onderwijs heeft al geruime tijd de noodkreet gelanceerd om de planlast aan te pakken. Het was voor ons van groot belang dat er een afbouw werd gecreëerd van de planlast inzake de evaluatieprocedure en er terzelfdertijd meer ruimte vrij gemaakt werd voor de nodige begeleiding van personeelsleden.

Het lerarenberoep moet terug aantrekkelijker worden gemaakt en het versnellen van de vaste benoeming is maar één van de middelen om dit te kunnen verwezenlijken. Zo vinden we het belangrijk dat er continu wordt geïnvesteerd in de aanvangsbegeleiding en een goed en constructief personeelsbeleid.

Wij zijn optimistisch over dit akkoord, maar zijn ook van oordeel dat het belangrijk zal zijn om de impact van dit akkoord te monitoren en bij te sturen waar nodig.

 

Koen De Backer
Ondervoorzitter VSOA Onderwijs